Terug naar Blog

In Het Parool - Roebyem Anders: 'Ik erger me rot aan naakte daken'

Vol ongeduld zit ze, Roebyem Anders (50), oprichter van het zonnepanelenbedrijf Zonline, nu Sungevity, uit Noord. Met een obsessie voor schaal, ‘want alleen op grote schaal hebben veranderingen impact’. Ze gelooft in de positieve aanpak; het stimuleren van duurzaamheid. ‘Daarom hebben niet meer alleen de groene gekkies zonnepanelen.’

roebyem naakte daken

Het was bedoeld als een proef: een maand lang zou de kantine van zonnepanelenbedrijf Sungevity vleesvrij zijn. De achterliggende gedachte: als wij mensen vragen om te verduurzamen, is vegetarisch lunchen toch wel het minste wat wij als bedrijf kunnen doen. En toen brak de pleuris uit. Voor Sungevity-oprichter Roebyem Anders kwam het verzet van een klein deel van de werknemers als een complete verrassing. Met name de felheid van de reacties. “Hoe ik het in mijn hoofd haalde. Dat het hier wel The Circle leek, van dat boek van Dave Eggers. Ik kreeg nog net geen hatemail, maar het scheelde weinig. Idioot was het.”

Uiteindelijk kwamen ze uit op een compromis: een vijfde van het personeel was tegen een volledig vegetarische kantine en dus wordt er één dag in de week vlees geserveerd, de andere dagen niet. Een polderoplossing. Maar ook: de maatschappij in het klein. Het herinnerde Anders eraan hoe mensen in de contramine kunnen schieten als ze het gevoel krijgen dat hun iets wordt afgenomen. “Stimuleren werkt veel beter dan iets verplicht opleggen. Dat bleek maar weer eens.”

Roebyem Anders houdt zich al 25 jaar bezig met klimaatvraagstukken. Haar cv leest als een reis om de wereld. Ze was onderzoeker bij de VU, liep stage bij de VN in Genève, werkte voor de Wereldbank in Washington en voor een energieagentschap in Parijs.
Daarna zette ze vanuit Londen en Sydney zonne-energieprojecten op voor oliebedrijf BP. En de laatste tien jaar maakt ze de wereld een stukje duurzamer vanuit Amsterdam. Bij haar in 2012 opgerichte zonnepanelenbedrijf Zonline, twee jaar later verder als Sungevity, werken bijna tweehonderd mensen.’Solar warriors’ noemt Anders ze. Haar taal is doorspekt met Engelse termen. Sungevity is een ‘social enterprise’ met ‘company values’ die een ‘insane customer experience’ biedt.

Op de muur van het kantoor in het oude Storkgebouw aan het IJ in Noord prijkt op de muur, in oranje letters, het BHAG (‘Big Hairy Audacious Goal’): het bewerkstelligen van een ‘rooftop revolution: vijf miljoen mensen moeten gaan leven op zonnestroom. “Iedereen die hier werkt, gelooft in die missie. We zijn allemaal solar warriors.” Anders praat snel, alsof er behalve met het klimaat ook in dit gesprek geen tijd te verliezen is.

Bent u een klimaatdrammer?

“Ja. Ik maak mij zorgen om de staat van onze planeet en wil dat onder de aandacht brengen. Je moet ook een beetje drammerig zijn als je dingen wilt veranderen. Zonder drammers zou het kabinet nooit die C02-belasting hebben ingevoerd.”

Drammerigheid roept ook weerstand op, kijk maar naar de vleesrevolte in uw eigen bedrijf. “Daarom probeer ik ook altijd het goede en leuke van verduurzaming te benadrukken. Maar het is een dilemma: je wilt mensen bewustmaken van de ernst van de situatie, maar ze ook niet een depressie in praten. Ik wil ze wijzen op de oplossingen die voorhanden zijn.”

Denkt u op een zonnige dag tevreden aan de energie die wordt opgewekt, of aan al die zonnestralen die niet in energie worden omgezet?

“Dat laatste: ik erger me rot aan naakte daken. Als ik vanuit de trein van die industriegebieden zie, met gigantische gebouwen waar geen panelen op liggen… Ik begrijp dat niet. Er is geen enkele reden om geen zonne-energie op te wekken: je bespaart geld en helpt het klimaat. Waarom zou je het niet doen? ”

Voelt u zich een roepende in de woestijn?

“Heel lang wel, nu niet meer. Hoewel ik van nature een positief persoon ben, was ik lange tijd somber over de milieuproblematiek. De situatie is echt nijpend. Alle C02 die we nu uitstoten, blijft nog honderd jaar hangen. Zelfs als we morgen de uitstoot tot nul terugdringen, hebben we nog een eeuw last van alles wat we de afgelopen decennia hebben gedaan.” “Gelukkig is het sentiment de afgelopen vijf jaar gekanteld. Op de klimaatmars kwamen veertigduizend mensen af, in de stromende regen! En wat ook positief is: we kunnen het probleem oplossen. Het is nog niet te laat.”

Wanneer raakte u doordrongen van de mogelijkheden van zonne-energie?

“Toen ik eind vorige eeuw voor de Wereldbank werkte, deed ik een project in Mexico-Stad, waar het dak van een groot busstation vol zonnepanelen kwam te liggen. Terwijl ik op het balkon van mijn hotelkamer over de stad uitkeek, viel plotseling de stroom uit. Overal gingen dieselaggregaten aan, er ontstond een bruine wolk boven de stad. En ik keek uit over al die daken die daar in de zon lagen en zag de potentie. Dat was het moment dat ik verliefd werd op zonne-energie.”

Verliefd?

“Ja, zo voelde het echt. Ik zie dat bij meer mensen die zonnepanelen laten installeren: het raakt een emotionele snaar. Ze gaan bijhouden hoeveel stroom ze opwekken en verbruiken, en willen daar voortdurend over praten: zonnepanelen-bezitters zijn trots op wat ze doen. Als ze eenmaal panelen hebben, gaan ze ook op andere manieren verduurzamen.” “Vroeger waren het alleen de groene gekkies die panelen hadden: dezelfde mensen die als allereerste een Toyota Prius reden. Inmiddels moet je op de buurtborrel bijna uitleggen waarom je geen zonnepanelen hebt.”

Anders stond aan de wieg van de schooldakrevolutie, een van de initiatieven die is voortgekomen uit NL2025, platform voor een betere toekomst van Nederland. Met Urgenda-directeur Marjan Minnesma, DSM-baas Feike Sijbesma en Rabobankbestuursvoorzitter Wiebe Draijer richtte ze eind 2016 een stichting op die alle hobbels voor scholen moet wegnemen om te verduurzamen. Hiervoor komt een fonds van honderd miljoen euro. “Aanvankelijk was het doel om in 2023 op de helft van alle scholen panelen te hebben. Ik vond dat eigenlijk maar laf gedoe. Waarom niet op alle scholen die hiervoor geschikt zijn? Dus nu is de ambitie opgeschroefd: we willen op alle zesduizend scholen in Nederland panelen hebben. Kom op, je moet een beetje balls hebben.”

Feike Sijbesma vertelde dat u vele talenten hebt, maar dat geduld daar niet een van is. U heeft de neiging iets te ver voor de troepen uit te lopen.

“Ik kan ongeduldig zijn, maar als ondernemer moet dat ook, anders gebeurt er niks. En ik ben geobsedeerd door schaal. Je kunt wel een beetje aanmodderen als groene start-up, maar als je echt impact wilt hebben, moet je dingen op grote schaal aanpakken.”

In 2017 zei u dat volgend jaar op tien procent van alle daken panelen moeten liggen. Gaat dat lukken?

“Ik denk het wel, al maak ik me wel zorgen over de huurwoningen. In Nederland zijn 2,8 miljoen woningen in handen van 360 corporaties. Sommige hebben een schop onder hun kont nodig. Maar mede omdat het kabinet zo aan het klooien is met de salderingsregeling, die investeren in zonnepanelen aantrekkelijk maakt, doen ze niks. Zo zonde.”

Zegt u dat als verkoper van zonnepanelen of als wereldverbeteraar?

“Die twee sluiten elkaar toch niet uit? Ik vind het mooi om maatschappelijke problemen op een businessmanier op te lossen.” Wat ik bedoel: wilt u met al uw zendingswerk niet gewoon uw omzet vergroten? “Doe niet zo gek! Op de dag dat ik met de schooldakrevolutie begon, heb ik besloten dat Sungevity geen panelen meer voor scholen levert. Dat kan ook niet, daar zou je terecht veel vragen over krijgen. De schooldakrevolutie gaat ook om meer dan zonnepanelen alleen: we willen dat kinderen leren wat duurzaamheid is. Het geld dat scholen besparen op hun energierekening, mogen ze besteden aan leuke programma’s over duurzaamheid.”

“Mijn dochter zit in de War Child Youth Council en mocht vorig jaar, toen ze dertien was, drie dagen naar Berlijn voor een cursus van Al Gore. Hij heeft haar geleerd hoe je in tien minuten mensen kunt overtuigen van de waarheid over het klimaat. Nu is ze een ‘climate reality leader’ en gaan we samen scholen langs om dat verhaal te vertellen. De kinderen hangen dan aan haar lippen.”

Heeft u overwogen om geen kinderen op de wereld te zetten? “Geen kinderen hebben is natuurlijk het beste voor het klimaat, maar zo somber ben ik ook weer niet. Je moet kinderen niet indoctrineren, maar ik denk dat als je ze de juiste waarden meegeeft, zij ook een bijdrage kunnen leveren aan de oplossing van het klimaatprobleem. Kijk naar Greta Thunberg, dat Zweedse meisje van 16 dat is genomineerd voor de Nobelprijs voor de Vrede, en Boyan Slat van The Ocean Cleanup: dat is toch superinspirerend?”

Was u als kind ook al bezig met het milieu? “Meer met dieren. De zeehondjes en zo. Milieu was toen nog niet zo’n issue, dat kwam pas later. Ik besloot al heel jong om geen vlees meer te eten.”

Kreeg u dat mee van uw ouders?

“Niet echt. Mijn moeder was onderwijzeres op de Montessorischool in Voorburg, zij leefde wel heel bewust. Mijn vader was elektricien, investeerde in onroerend goed, maar ruilde ook veel. Van hem heb ik geleerd hoe je vanuit het niets iets kunt bouwen en hoe je kunt hergebruiken. Hij heeft ons huis grotendeels met bestaande materialen gebouwd.” “Mijn vader is tot zijn dertiende naar school gegaan, en heeft nooit de opleiding gehad die hij had moeten krijgen. Ik was de eerste van mijn familie die kon studeren. Mijn zus, die toen al werkte, betaalde mijn studieboeken.”

Zorgde dat voor druk?

“Nee, maar juist omdat mijn vader die kansen nooit heeft gekregen, was ik wel vastberaden om het zo goed mogelijk te doen. Ik heb nooit een tentamen niet gehaald.” Anders ging economie studeren en volgde het vak internationale milieubetrekkingen. Via een stage bij de Verenigde Naties kwam ze terecht bij Pier Vellinga, die zich op de Vrije Universiteit al heel vroeg bezighield met emissiehandel. Samen schreven ze tientallen wetenschappelijke artikelen.

“Pier deed verreweg het meeste, ik hielp hem alleen maar. Maar mijn achternaam kwam alfabetisch als eerste bij die artikelen te staan. Daar voelde ik mij lange tijd heel schuldig over. Ik hou er niet van als mensen credits claimen voor dingen die ze niet hebben gedaan.” In 1994, Anders was 26, ging een van hun publicaties de wereld over: hun voorstel tot een wereldwijd emissiehandelssysteem vormde de basis voor afspraken in het latere ICyotoprotocol. Anders’ naam was opeens wereldwijd gevestigd. “Pier zei toen dat ik wel mocht ophouden met mij te verontschuldigen voor mijn naam.”

En toen ging u aan de slag bij de Wereldbank in Washington DC.

“Dat was mijn eerste echte baan, en ik vond het geweldig. Iedereen gaat bij de Wereldbank gekleed in de dresscode van zijn of haar eigen land, dus je ziet mensen in prachtige Afrikaanse gewaden rondlopen. Er werken daar alleen maar superslimme mensen, iedereen is extreem ambitieus bezig de wereld te verbeteren. En ik hield me bezig met iets wat ik waanzinnig interessant vond.”

Waarom vertrok u dan na drie jaar?

“Omdat die stad me na verloop van tijd begon tegen te staan. Washington DC is totaal gesegregeerd: alles achter Capitol Hill is zwart en waar ik woonde was iedereen wit, behalve de schoonmakers. Dat vond ik schrijnend. En die overdaad van Amerika, de verspilling, de kortzichtigheid van mensen, ik was er klaar mee. Ik wilde terug naar Europa.” Via een omweg kwam u terecht bij BP.

Voelde dat niet als heulen met de vijand?

“Ik snap die vraag, maar zo voelde het totaal niet. BP is natuurlijk een gore energiereus. Maar Lord Browne, de toenmalige baas, maakte serieus werk van verduurzaming. Hij wilde acht miljard dollar investeren om British Petroleum om te vormen tot Beyond Petroleum. En ik mocht allemaal schone energieprojecten opzetten; het was net een speeltuin. Toen er een nieuwe ceo kwam is dat allemaal teruggedraaid, maar ik heb er mooie dingen kunnen doen.”

“Juist bij zo’n groot bedrijf kun je dingen veranderen en impact hebben, omdat alles op grote schaal gebeurt. Ik heb projecten opgezet in ontwikkelingslanden: dan zorg je ervoor dat op duizend eilanden in de Filipijnen zonne-energie wordt aangelegd. Dan zie je wat er gebeurt als zo’n bountyeiland voor het eerst stroom kan gebruiken om iets te produceren, of de school een televisie krijgt. Mijn taak binnen BP was om zo veel mogelijk nieuwe ideeën te bedenken. Het was echt pionieren.”

En u ontmoette er uw man.“Mijn darling husband!.”

Ik begrijp dat hij elke avond barbecuet in de achtertuin van jullie grachtenpand.

“Dat is schromelijk overdreven, maar hij is een Australiër, en die houden wel van barbecues. Het fornuis heeft hij nog nooit aangeraakt. Ik vond dat in het begin wel irritant, al dat vlees. Maar sinds kort hebben we een fantastische app waarmee je eten kunt kopen dat anders de volgende dag wordt weggegooid. Dat sust mijn geweten een beetje. (Lachend) En het is de redding van mijn huwelijk!”

Is het moeilijk om consequent te leven?

“Je kunt het allicht proberen. Ik weet ook wel dat die paar stukken vlees op de barbecue of tijdens de lunch in de kantine alleen het verschil niet maken. Maar met een beweging van onderop kun je wel dingen ten goede veranderen.” “Een voorbeeld daarvan is de samenwerking die wij zijn aangegaan met de Refugee Company, een organisatie in Zuidoost die vluchtelingen koppelt aan banen. Een goede vriendin van mij heeft dat opgezet, en toen in 2015 al die vluchtelingen naar Nederland kwamen, vroeg ik haar of er ook elektriciens waren die zonnepanelen konden installeren, zodat die aan de slag konden bij installateurs met wie wij samenwerken.”

“Twaalf mensen hebben een opleiding gekregen, van wie er zes nu panelen installeren. Twee Iraanse mannen bleken veel te hoogopgeleid om zelf het dak op te gaan, die werken nu hier en spreken vloeiend Nederlands.” “De volgende stap is opschalen: ik ga met de Refugee Company en Urgenda een bedrijf opzetten dat wordt gerund door vluchtelingen en waar honderd mensen opgeleid worden tot installateur.” “Ik geloof in een positieve aanpak en denk dat verandering mogelijk is als je mensen bewuster maakt.”

Wat werkt dan beter: de wortel of de stok?

“Laatst sprak ik de Amsterdamse wethouder duurzaamheid Marieke van Doorninck en die vroeg hetzelfde: moet je verplichten of stimuleren? Ik geloof absoluut dat stimuleren het beste werkt.” “Ik ben energiecommissaris van mijn postcodegebied. Het idee daarachter is dat je met je buurtgenoten een beweging in gang zet om de stad duurzamer te maken. Ik heb van een vriend een grote dekschuit geleend, daar hebben alle buren de sleutel van, zo spreek je elkaar nog eens.”

“Wij wonen aan de schaduwkant van de gracht: aan de overkant zitten mensen ‘s zomers op van die sherrybankjes in het zonnetje, wij zitten in de achtertuin, daar ontmoet je niemand. Twee keer per jaar organiseer ik als energiecommissaris een borrel voor de hele buurt op die schuit en dan geef ik een excursie door ons huis om te laten wat wij hebben gedaan om te verduurzamen.” Een oud pand aan de gracht zal niet heel duurzaam zijn. “Ik ben bezig om het huis van het gas af te krijgen. En in de tuin komt een joekel van een warmtepomp. Mijn darling husband wilde eigenlijk een grotere barbecue, maar die heeft dan maar even pech.”

 

ROEBYEM ANDERS-HEINTZ

ll november 1968, Den Haag
1987-1993
Masteropleiding economie, UvA
1990-1993
Masteropleiding politicologie, UvA
1994-1995
Masteropleiding milieueconomie, University College London
1993-1997
Onderzoeker milieustudies VU 1997-1999 Wereldbank, Washington DC
1999-2001
Internationaal Energie Agentschap, Parijs
2001-2008
BP, Solar- en alternatieve energie, Londen en Sydney
2009-2011
Oprichter De Groene Golf, Amsterdam
2012-2014
Oprichter zonnepanelenbedrijf Zonline, Amsterdam
2014
Zonline gaat verder met het Amerikaanse bedrijf Sungevity
2017-nu
Sungevity wordt verkocht aan Engie, maar blijft opereren als zelfstandig bedrijf
2016-2018
Medeoprichter van Stichting Schooldakrevolutie

Roebyem Anders is getrouwd met Adam (47). Met dochter Rosa (14) en zoon Pablo (12) wonen ze op de Prinsengracht.


Oorspronkelijk gepubliceerd in Het Parool op zaterdag 6 april 2019 | Tekst: Roelf Jan Duin | Foto’s: Martin Dijkstra.